Dat was ik niet gewend van haar. Ze was altijd erg opgeruimd en het zonnetje in huis. “Ik denk dat het goed mis is” sprak ze zorgelijk. Ik keek in de doos en zag nog drie kittens in versufte toestand. “Het waren er vijf maar er zijn al twee dood gegaan, en deze lijken wel dezelfde weg te gaan” zei ze met een snik in haar stem. “Nu met de lockdown kan ik dit er echt niet meer bij hebben. Ik vlieg tegen de muren op”
Ik keek de kittens na en ook de moeder. Dante had melk genoeg maar de kittens taalden er niet naar. Uitgedroogd en al een beetje onderkoeld lagen ze erbij. Dat leek op het faden-kitten syndroom. Dan doven de kittens eigenlijk langzaam uit. Dat komt doordat ze via de moedermelk antilichamen binnenkrijgen die hun rode bloedlichaampjes afbreken. Als je de kittens direct bij de moeder weghaalt en tijdelijk kunstmelk geeft kan het goedkomen, maar voor deze kittens kwam dat te laat.
Tijdens het onderzoek stierf de volgende. Ik kon haar weinig hoop geven en we hebben de laatste twee kittens in laten slapen. Met een gebogen rug verliet ze de praktijk.
Die avond kon ik het maar niet uit mijn gedachten zetten. Ik had dienst en de dierenambulance belde. Op de praktijk bleek dat ze een vuilniszak met kittens gevonden hadden. Meestal zijn die onderkoeld en er slecht aan toe. Zo ook deze. Vaak laten we ze dan inslapen. Nu kreeg ik een ingeving.
Ik belde mevrouw van der Griend. Ze bracht meteen haar poes en die deed ik bij de kittens die reeds in de couveuse lagen nadat ik ze wat infuus en medicatie gegeven had. Een spannend moment. Maar Dante aarzelde geen moment en begon de kittens te likken.
De volgende dag nam een stralende mevrouw van der Griend het beestenspul mee naar huis. “O, dokter” riep ze uit “ik zag zo tegen de kerstdagen op en nu overkomt me dit! Ik kan u wel zoenen” “Nou” zei ik dat vindt Jaap van Dissel vast niet goed, dus laten we dat maar niet doen.” Maar aan het eind van de middag zweefde ik bijna naar huis om van kerstavond te gaan genieten.